Etiketten

In de module Etiketten worden etiketten gegenereerd op basis van de mengopdrachthistorie van een recept. Dat betekent dat uitsluitend de grondstoffen en nutriënten uit deze historie op het etiket verschijnen. Standaard wordt de laatste mengopdracht van het recept als invoer voor het etiket gebruikt.

Om een etiket te kunnen genereren, is een etiketsjabloon vereist. Er kunnen meerdere sjablonen bestaan, waardoor er verschillende etiketten voor hetzelfde recept mogelijk zijn. In de instellingen staat altijd een standaard etiketsjabloon ingesteld. Daarnaast kunt u in het onderdeel Recepten op het tabblad Etiket per recept een ander sjabloon selecteren.

Het etiketsjabloon is modulair opgebouwd, zodat de verschillende onderdelen herbruikbaar zijn. Zo kan in twee verschillende etiketsjablonen dezelfde formattering voor nutriënten worden toegepast.

Ga naar het menu Produceren → Etiketten.

In figuur 1 ziet u in het linkerdeel van het overzicht alle receptnummers waarvoor een mengopdracht bestaat. U kunt één recept etiketteren, maar ook meerdere tegelijk of hele blokken met recepten selecteren om in één keer etiketten te genereren.

Figuur 1

Als op het filtericoontje geklikt wordt, kunnen er selecties gemaakt worden.

Figuur 2

Het is mogelijk om in één keer een selectie of een blok recepten naar de fabriek of administratie te exporteren met de Turbo-knop. Deze knop bevindt zich rechts bovenin het scherm.

Door op een recept te dubbelklikken, wordt dit recept met de laatste mengopdracht aan de lijst toegevoegd.

Figuur 3

Klik op de knop Etiketteren om het etiket te genereren aan de hand van het aan het recept gekoppelde etiketsjabloon. Nadat het etiket is aangemaakt, kan het worden geëxporteerd naar Fabriek export en Etiketten printen.

In figuur 4 is een etiket van recept 1 “Test Koerhuis” gegenereerd. Op het tabblad Voorbeeld etiket ziet u welke gegevens op het etiket komen te staan. Let op dat dit niet de uiteindelijke opmaak van het etiket toont, maar vooral bedoeld is om te controleren of alle teksten correct zijn.

Mocht er iets niet kloppen, dan kunt u via de knop Spring sjabloon direct naar het bijbehorende sjabloon gaan. Breng daar de gewenste wijzigingen aan en navigeer vervolgens terug naar het tabblad Etiket 1. Met de knop Refresh actualiseert u de aangebrachte aanpassingen.

Figuur 4

Als niet duidelijk is waar de fout precies zit, bijvoorbeeld omdat er een nutriënt ontbreekt, kunt u dit achterhalen via het tabblad Etiketdetails. In figuur 5 ziet u in detail hoe het etiket tot stand komt. Zo kan bijvoorbeeld blijken dat het ontbrekende nutriënt niet aan een nutriëntgroepering is gekoppeld.

Figuur 5

U kunt bepaalde teksten ook handmatig aanpassen. Houd er echter rekening mee dat deze aanpassingen slechts tijdelijk zijn. Bij een volgende etikettering wordt het etiket opnieuw gegenereerd, waardoor uw handmatige wijzigingen verloren gaan. Het handmatig wijzigen van teksten doet u op het tabblad Tekstblokken bewerken (zie figuur 6).

Figuur 6

Als het etiket is goedgekeurd, kunt u op de knop Exporteren klikken. Het etiket wordt dan doorgestuurd naar Etiketten printen en Fabriek export.

Het onderdeel Fabriek export is de laatste halte voordat het etiket daadwerkelijk naar de fabriek en administratie wordt verstuurd. In Etiketten printen kunt u de zakgoedetiketten afdrukken en aanvullende variabelen toevoegen, zoals een barcode en een productie- (charge-)nummer.

Hier wordt eerst uitgelegd hoe er een etiketsjabloon gemaakt kan worden.